Opdracht 6 De wervelkolom


 

Op je rug kun je de wervelkolom voelen.

De wervelkolom bestaat uit veel kleine botten.

Deze botten heten wervels.

Tussen de wervels zitten kraakbeenschijven.

Kraakbeenschijven vangen de druk op je rug op.

Ze zorgen er ook voor dat de wervelkolom kan buigen.

 

Je wervelkolom heeft een dubbele S-vorm.

Die vorm werkt als een soort schokdemper.

De druk op je wervelkolom wordt opgevangen door de dubbele S-vorm en

de kraakbeenschijven.

Gelukkig is de wervelkolom niet recht.

Dan zou je bij iedere stap een schok in je hoofd voelen.

 

De ribben zitten aan de borstwervels vast met kraakbeen.

Het staartbeen is met het heiligbeen vergroeid.

 

Wervels

Van onder naar boven worden de wervels van de mens steeds kleiner.

De grootste wervels zitten dus aan de onderkant.

De onderste wervels dragen veel meer gewicht dan de bovenste wervels.

 

Tussenwervelschijven

Tussen elke wervel en de volgende ligt een tussenwervelschijf. 

Dit is een stukje kraakbeen gevuld met vocht.

Daardoor kan het goed meeveren met bewegingen.