Opdracht 3a Kijken


Kijk elkaar in de ogen

Je begint deze opdracht met het kijken en tekenen van een oog

van een klasgenoot.

Je maakt een zo natuurgetrouwe tekening van zijn/haar oog.


Houd je bij het tekenen aan de: Tekenregels
Je benoemt alle onderdelen die je kent.

1. Ben je klaar? Laat de tekening dan zien aan je klasgenoot.
    Bekijk ook zijn/haar tekening.

 

2. Wie wist de meeste onderdelen te benoemen?


3. Zijn er verder nog opvallende verschillen?

    Bespreek die verschillen.

4. Bekijk de tekeningen aan het eind van de opdracht nog eens

    en kijk of je dan alle onderdelen kunt benoemen.

 

Bij de introductie van dit hoofdstuk heb je gekeken naar het filmpje 'Zien'.

Kijk nog een stukje van dit filmpje.

 

 

5. Dankzij je ogen kun je zien.

    Bedenk eens wat er allemaal anders zou gaan in je leven als je niet zou kunnen zien.
    Overleg met een klasgenoot en bedenk de drie dingen die jullie het meest zouden missen.