Opdracht 3 Ziekteverwekkers

                              geen kans geven


Ziekteverwekkers slaan toe zodra ze de kans krijgen.

Door simpele dingen kun je veel ellende voorkomen.

Bekijk de afbeeldingen om te zien welke manieren er zijn om ziekteverwekkers

geen kans te geven.


A. Inenten

Tegen sommige ziekteverwekkers kun je worden ingeënt.

Je versterkt dan de afweer van je lichaam.

Inenten heet ook wel vaccineren.

De meeste kinderen krijgen in hun eerste levensjaren inentingen tegen

verschillende kinderziektes.

Bij het inenten tegen kinderziektes krijg je een beetje van de ziekteverwekker ingespoten.

Je eigen afweersysteem gaat dan aan de slag.

Je witte bloedcellen maken antistoffen aan.

Je lichaam onthoudt de antistoffen voor een volgende keer dat de ziekteverwekker binnenkomt.

Je bent dus beschermd!

 

1. Welke kinderziektes ken je?

 

2. Ben jij ingeënt? Zo ja, waartegen?

 


B. Voedsel bereiden

Ziekteverwekkers in het eten kun je doden door het voedsel goed te verhitten

(bijvoorbeeld koken, bakken).

In een koel- of vrieskast kunnen ziekteverwekkers minder snel groeien.

Bepaalde stoffen (zuur, zout) remmen de groei van ziekteverwekkers.


C. Steriliseren

Je kunt ziekteverwekkers doden door alcohol te gebruiken, bijvoorbeeld bij een wondje.

 


D. Verspreiding tegengaan

De verspreiding van ziekteverwekkers kun je tegengaan door een goede hygiëne.