Opdracht 2 Infectie


Bacteriën en virussen bedreigen onze gezondheid constant.

De ziekteverwekkers kunnen het lichaam op verschillende manieren binnendringen.

Gelukkig houdt ons lichaam veel ziekteverwekkers buiten of maakt ze onschadelijk.

Dit is het afweersysteem.

In het Hoofdstuk Het bloedvatenstelsel heb je al gezien dat de witte bloedcellen een belangrijke rol spelen bij het uitschakelen van ziekteverwekkers.

 

A. Infectie via de huid

De huid vormt de eerste verdediging tegen ziekteverwekkers.

Ook de slijmlaag in luchtwegen, geslachtsorganen en verteringsorganen houdt ziekteverwekkers buiten ons lichaam.

Bij een wond kunnen ziekteverwekkers het lichaam binnendringen.

De infectie kan bestreden worden met alcohol of jodium. Die stoffen doden bacteriën.

Je kunt tetanus oplopen als je straatvuil binnenkrijgt.

De tetanusbacterie veroorzaakt het samentrekken van spieren en kan dodelijk zijn.

Daarom krijgt iedereen een tetanusinjectie tegen tetanus.

 


B. Infectie in het ziekenhuis

 

Om een infectie na een operatie te voorkomen, moet medische apparatuur steriel zijn. 
Steriel betekent dat alle organismen gedood zijn. 

Bij een infuus of bloedtransfusie druppelt er vloeistof of bloed uit een zak via een injectienaald langzaam het lichaam in. 
Als injectienaald, infuusvloeistof of bloed niet steriel zijn, kun je een infectie oplopen. 

Drugsgebruikers kunnen allerlei ziektes oplopen als ze vuile naalden gebruiken


C. Infectie door inademen

Griep- en verkoudheidsvirussen zijn erg besmettelijk.

De ziekteverwekkers verspreiden zich snel door niezen en hoesten.

Zo kunnen de ziekteverwekkers bij het ademhalen binnenkomen.

Gelukkig beschermt de slijmlaag van je neus, keel tot aan je longen je tegen

de ziekteverwekkers.

De ziekteverwekkers blijven erin plakken en worden zo uitgeschakeld.

Wanneer een ziekteverwekker toch door de slijmlaag heen komt, ben je geïnfecteerd.

 

Bij elke nies komen er zo’n 100.000 minuscule waterdruppeltjes met bacteriën terecht in de lucht

 


D. SOA

Als mensen onbeschermd geslachtsgemeenschap hebben, kunnen ze bacteriën, schimmels en virussen overdragen.

Zulke ziektes noem je seksueel overdraagbare aandoeningen (soa).

Je kunt een soa voorkomen door een condoom te gebruiken.


E. AIDS

Aids wordt veroorzaakt door een virus (HIV). 
Iemand die besmet is, noem je HIV-positief
Bij iemand met aids werkt het afweersysteem niet goed meer.

Allerlei ziekteverwekkers krijgen dan een kans.