Opdracht 3 De vertering van                                                voedingsstoffen



Grote voedingsstoffen in je eten worden klein gemaakt in

je verteringsstelsel.

Dit gebeurt stap voor stap.

Verteren gebeurt door verteringssappen.

In het verteringsstelsel komen ze bij het voedsel.

De vertering begint al in je mond.

In de mondholte kauw je het eten.

In de mondholte komt er speeksel bij het eten.

Speeksel is een verteringssap.

Het wordt gemaakt door de speekselklieren.

Speeksel maakt een papje van gekauwd eten.

 

 

 

 

De fijngemalen voedselbrij gaat daarna naar de slokdarm.

In de wand van je slokdarm zitten spieren, die samentrekken.

Ze duwen het voedselpapje naar de maag.

Het voedsel blijft even in de maag.

De maagwand maakt maagsap.

Het maagsap maakt het voedsel nog kleiner.

Maagsap is ook een verteringssap en is heel zuur.

Dat zuur doodt bacteriën en schimmels in het voedsel.

Ze kunnen je dan niet meer ziek maken.

Het voedsel gaat van de maag naar de twaalfvingerige darm.

Het voedsel wordt hier nog kleiner gemaakt.

Hier komt een andere stof, gal, bij het voedsel.

Gal helpt bij de vertering van vetten.


Werk in twee-tallen.

Maak onderstaande zinnen af.

Vergelijk de antwoorden met een ander groepje.

 

1. Het eten wordt gekauwd in de _________

 

2. Gekauwd eten wordt een papje door __________

 

3. Voedsel wordt door spieren naar de maag geduwd door de __________

 

4. Bacteriën en schimmels in je voedsel worden gedood door __________

 

5. Voedsel wordt nog kleiner gemaakt door verteringssappen in de __________